Bluffen.
Uit: Tips en Weetjes over trainingsacteren 33
Jaren geleden speelde ik af en toe in amateurgezelschappen. Toneel, drama, theater, allemaal namen die er aan gegeven werden, maar het ging vooral om teksten kennen en doen wat de regisseur van je vraagt. Hoe je dat nou deed met dat acteren was op dat moment voor mij nog onbekend terrein. Het was een hobby naast mijn vaste baan. Toch had ik het idee dat er iets ontbrak. Dat ik maar wat deed, en mijn neiging is dan om ontzettend te gaan nadenken. Dat nadenken stopte niet, want dat deed ik ook als ik aan het spelen was. Ik dacht na over wat ik niet goed vond gaan, waar ik niet wist wat ik moest doen, waar ik twijfelde, waar ik me vooral vast zette in doen alsof. Zweet in de handen, omdat ik niet wilde dat mensen mijn onmacht en onvermogen merkten. En vooral heel hard bluffen. Ik heb me zo best door het een en ander heen gebluft.
Weerstand
In de loop van de jaren kreeg ik steeds meer houvast in het spelen in voorstellingen. Ik ging ook improvisatietrainingen volgen, omdat ik vrijer in mijn spel wilde worden. Dat was echt een eye-opener. Zonder voorbereiding het toneel opgaan, goed in contact met de ander blijven en gewoon zeggen wat er in je opkomt. Dat heeft echt een wereld van verschil gemaakt. Ook al wist ik daar ook enorm te bluffen. Gewoon gaan en het eigenlijk niet weten is geen sinecure. Het maakt je kwetsbaar, maar, zoals onze juf zei: durf te falen, en doe dat met verve.
Dit is een belangrijke les voor me geweest. Niet alleen in hoe ik op het toneel sta, maar ook in mijn dagelijks leven. En vooral nu ook in mijn werk als trainingsacteur merk ik dat het lef om te falen heel vaak een belangrijke les is om mee te geven.
Laatst was er een groep waar ik als trainings-actrice werkte. Niet iedereen deed van harte mee, had de trainster al verteld. Het is een groep die "gestuurd" is. Een verplichte cursus, en dan willen sommige mensen vooral aan het eind dat de handtekening gezet worden, liefst zonder veel moeite. In trainerstermen praten we dan over een groep met weerstand.
De kunst van omgaan met weerstand is vaak door allereerst te erkennen dat het er is. En dan te proberen aan te sluiten bij behoeftes. Het heeft geen zin om te gaan overtuigen, of overhalen, negeren. Wat zin heeft is zoeken naar een andere manier om mensen toch te bereiken.
Een van de cursisten gaf aan het allemaal al te weten, "zoveelste cursus bla bla bla", zei ze. In de groep zaten anderen die daarin meegingen, en dat maakte dat mensen die wel wilden oefenen het lastig vonden om zich daar toch voor te melden. Dat soort momenten vind ik niet gemakkelijk. En als ik iets niet gemakkelijk vindt, dan weet ik dat ik iets anders uit de kast moet halen dan ik normaal doe. In dit geval: bluffen.
Het voelde als bluffen toen ik zei dat ik het altijd zo fijn vond als er ervaren mensen in de groep zaten. Dat ik het fijn vond als ervaring van en door anderen gedeeld kon worden, omdat dat in een organisatie zo versterkend werkt. Ik blufte dat ik graag de ervaring van iedereen zou willen vergroten. Ik blufte dat ik soms zelf denk dat ik het allemaal weet, en dan toch nieuwe ontdekkingen doe als ik ga "doen". In een oefengesprek met een ander noem ik het onderscheid tussen iets weten en iets daadwerkelijk doen.
Hoezo bluf?
Is het bluffen? Ik weet dat niet zo goed. Mijn gevoel op dat moment is "help, een groep met weerstand", mijn handelen is "oke, we gaan het toch doen, in welke vorm dan ook". Het effect is meestal dat de weerstand verminderd, dat soms zelfs mensen die de meeste weerstand hadden zelf gaan oefenen. Doordat ik heb gebluft? Of doordat ik iets heb gedaan waar ik achter sta, en waar ik in geloof?
Als ik naar een omschrijving van Bluffen kijk schrik ik:
Bluffen is een vorm van misleiding door het opzettelijk wekken van een onjuiste indruk dat de eigen mogelijkheden, prestaties of (onderhandelings)positie beter is dan deze in werkelijkheid is.
Heb ik opzettelijk een onjuiste indruk gewekt over mijn mogelijkheiden of prestaties? Ik heb iets anders gedaan dan ik oorspronkelijk zou doen. Dat wel. Maar dat is nog wel binnen mijn mogelijheden. Heb ik een onjuiste indruk gewekt? Ergens wel. Ik had namelijk echt last van de weerstand. Als ik dat had laten merken zou dat de training hebben geschaadt. In die zin heb ik wel gebluft, denk ik. Ik heb mezelf over een drempel van weerstand heen gebluft. Dat heb ik met verve gedaan. Ik kijk met plezier terug naar de ervaringen die de deelnemers hebben kunnen meenemen.
"Ik wist alles al, en toch vond ik het een interessante middag". Hoe fijn is dat....
Wat een mooi vak, toch?