"Clean language", over zuiver communiceren gesproken.
Uit Tips en Weetjes over Trainingsacteren 15
Taal is iets waar trainingsacteurs scherp op zijn. De intenties er achter, de woorden die gebruikt worden, alles kan een reden zijn om de deelnemer inzicht te geven in het effect van zijn gedrag en taalgebruik. En daar worden we vaak voor ingehuurd. Kortgeleden was ik met een groep collega-trainingsacteurs bij een lezing over zuiver communiceren. Clean Language wel te verstaan, door Michael Oskam van Oskam Organisatieadvies.
Meteen de eerste vraag is al interessant. We krijgen de vraag aan een olifant te denken. Makkelijke opdracht, mijn beeld is er al snel. Wie weet er nou niet hoe een olifant er uitziet. Michael begint vragen te stellen over het beeld dat we hebben en al snel blijkt dat we allemaal een andere olifant, een andere omgeving daarbij, voor ogen hebben. Een heel simpele oefening waaruit blijkt dat je er niet zomaar van uit kunt gaan dat datgene wat je vraagt bij een ander exact zo overkomt als jij bedoelt.
Een wandeling vanuit alle zintuigen
Als we luisteren naar anderen hebben we onze eigen associaties bij wat we horen. In een van mijn lessen laat ik deelnemers de straat op gaan om een wandeling te maken. Ik geef iedereen een andere opdracht mee. De een let op alles wat hij hoort, de ander wat hij ziet, een volgende neemt de geuren waar, en weer iemand de smaak. Ik laat ook iemand de tastzin inzetten en soms vraag ik iemand te ontdekken wat de wandeling met hem doet. Alle zintuigen zijn betrokken bij deze wandeling, alleen per persoon verschilt de focus. Bij terugkomst laat ik hen samen, elkaar aanvullend, het verhaal van de wandeling vertellen. Het is verrassend hoeveel verschillende elementen dan de revue passeren. Het laat zien dat diverse – soms totaal - verschillende verhalen over dezelfde wandeling verteld worden, waarmee de relativiteit van ‘het waarnemen’ aangetoond wordt. Ook zonder deze opdracht zijn verhalen over een wandeling of een gezamenlijk etentje, een feest, een reis verschillend. Soms zo verschillend, dat de ander niet eens gezien heeft wat jij zag.
Trainingsacteurs vragen aan deelnemers of ze informatie willen geven over de uit te spelen situatie. Bij die informatie hebben wij onze eigen beelden. Op basis van deze informatie proberen wij de deelnemer van dienst te zijn door zo dicht mogelijk aan te sluiten bij de beschrijving. Toch kunnen onze eigen beelden ons dan dwars zitten. "Als ik gewoon iets vraag, wordt mijn collega meteen kwaad" klinkt helder, maar is het dat ook? Vaak vragen we door: wat doet de ander dan precies? Hoe ziet dat er uit? Vragen die ons moeten helpen om te weten wat we moeten spelen. Ik heb ook al vragen langs horen komen als: Hoe wil je dat ik het speel? Wat gebeurt er als jouw grens bereikt wordt? enz.
NIVEA
Het lastige van sommige vragen is dat we soms al invullen voor de ander hoe het gedrag er uitziet, hoe de reactie is en als we niet oppassen wordt het ons verhaal. Omdat we dingen herkennen of omdat het een soort situatie is die we al vaker gespeeld hebben. Ik chargeer misschien, want de meeste collega's die ik ken proberen hier ver van te blijven. Maar toch. Wat in de workshop van Michael opviel, was dat het nog behoorlijk lastig was om werkelijk uit de interpretatie te blijven.
In een van mijn tips heb ik het over afkortingen die als hulpmiddel dienen, hier telt duideljk NIVEA: Niet Invullen Voor Een Ander.
Maar hoe dan? Daar ging het bij deze lezing over. In Clean Language is een serie van 27 vragen ontwikkeld die je helpen om zo objectief mogelijk aan informatie te komen. De vragen bieden de ander de gelegenheid om verder te verduidelijken. Als vragensteller sluit je aan bij de woorden van de ander, je laat je eigen woorden en ideeën weg. Voorbeeldvragen zijn: 'Wat voor een kwaadheid is die kwaadheid?' ' Waar ontstaat die kwaadheid ongeveer (of precies)?' "Wat gebeurt er dan met jou/met de ander?' 'Is er nog iets over die kwaadheid?' 'En wat zou je willen dat er gaat gebeuren?'. Alle vragen zijn gericht op het aanzetten tot denken door de deelnemer, alle vragen zijn vrij van interpretatie. Het klinkt zo simpel.
We hebben tijdens de lezing kunnen oefenen met de materie. Ik vond het hard werken om de goede vragen te stellen, zelfs met het spiekbriefje er naast. Omdat wat de ander mij vertelde ook prikkelde tot nieuwsgierigheid naar inhoud. En mijn associaties met het onderwerp hielpen ook niet echt om de juiste vragen te stellen.
Ik werk al bijna 13 jaar als trainingactrice, taal is best 'mijn ding', maar of het altijd zuiver is? Ik denk dat ik daar nog heel veel op kan oefenen. Michael, dank je wel voor dit inzicht en voor de tools die je me gaf.