Ik praat even in mezelf, hoor.
Uit Acteren is een Vak 18-47
In jezelf praten, we doen het allemaal, ook al denken we dat we het niet doen. Soms hardop, soms in onze gedachtes. Ik kan hele scenario's in mijn hoofd vertellen, en heel goed op een rij hebben wat ik wil vertellen, daar ben ik een meester in. Maar dat is altijd nog anders dan het werkelijk op papier krijgen, of zeggen zoals ik bedoel dat het gehoord moet worden. Een gek ding is dat eigenlijk, vaak vind ik dat veel moeilijker.
Bij mij in de buurt woonde een vrouw die altijd aan het praten leek te zijn. Ze werd gezien als een vreemde eend in de bijt. Iemand die ze niet allemaal op een rij heeft. Ik denk dat mensen vaak ontkennen dat ze in zichzelf praten omdat ze daar niet mee geassocieerd willen worden. Terwijl het gewoon menselijk gedrag is, alleen doet zij het vaker dan de meeste mensen. Kinderen doen het de hele tijd. Ze brabbelen en spelen hardop, verkennen pratend en onderzoekend de wereld en vertellen wat er op dat moment in hen opkomt. Nog geen gêne om je "in te houden" zoals wij volwassenen wel geneigd zijn te doen. Als we groter worden wordt dat minder. We leren dat we onze mond moeten houden in verschillende situaties. We passen ons aan, we worden stil en praten vooral nog van binnen als we alleen zijn. We hebben dan nog onze "monoloog interieur".
Bij een monoloog ben jij de enige die praat. Soms ben je ook de enige op het podium, geen medespeler tegen wie je je verhaal afsteekt. Als dat wel zo zou zijn zou het al bijna weer een dialoog worden omdat de ander luistert en misschien wel instemmend of ontkennend het hoofd schudt.
Een monoloog is best een bijzondere vorm van acteren. Je zegt dingen hardop, die je in het echte leven misschien niet zou zeggen. Je praat met veel meer woorden dan je bij een innerlijke monoloog nodig zou hebben, omdat je van binnen al veel meer weet waar het over gaat. Een theatermonoloog lijkt ook altijd iets in zich te hebben dat uitgelegd moet worden. Iets waarom het hardop uitgesproken moet worden. Ook als het gaat om een gedachtenstroom.
Een mooie monoloog vind ik "la voix humaine", terwijl dat eigenlijk een dialoog is. Alleen krijg je niet de andere stem te horen. Overigens is later een theaterstuk gemaakt met de naam "de andere stem" die juist de andere kant van de monoloog laat horen. Erg interessant en goed gedaan, vond ik.
In tekst is het een monoloog, als slechts 1 persoon praat, zonder direct een reactie te op te roepen of te verwachten. In uitvoering is het echter wel een dialoog, vind ik, al hoor je maar 1 kant van het verhaal. En is dat niet altijd zo met een monoloog? Met praten in jezelf? Dat er altijd een reden is om de dingen te zeggen, dat er altijd een persoon is waar jij met je aandacht dan bij bent? Dat je innerlijke monoloog altijd tegen die of deze persoon gericht is? Ik denk het wel. Zelfs als jij zelf die persoon bent tegen wie je dingen zegt.
Dat is waarom ik bij het repeteren van een monoloog altijd zoek naar het waarom. Waarom moet dit gezegd worden? Waarom nu? Waarom tegen diegene? Waarom zo? Dat zijn de vragen die me helpen om dat wat gedachten zijn uiteindelijk geloofwaardig te kunnen vertellen, in theater. Dan kan ik geloofwaardig in mezelf praten.
Mooi toch?
Dingen die ik leer probeer ik ook in mijn lessen in te zetten. Meer weten over mijn lessen? Ga naar workshops en trainingen op mijn website voor een overzicht van het hele aanbod